Het optreden van het programmabureau NOiV is in 2009 stevig onder vuur komen te liggen, onder andere van mijn zijde. De kritiek richtte zich onder anderen op het toch wat gesloten karakter van haar werkwijze. Deze week werd de nieuwe NOiV-site gelanceerd. In het bijbehorende bericht wordt duidelijk gemaakt hoe open deze nieuwe site nu wel is, op het gebied van webrichtlijnen, van gebruikte software (WordPress, met GPL), van open content (Creative Commons én OpenStreetMap). Commentators kunnen hun hart ophalen met de discussiefunctie en het NOiV biedt ruimte aan gastbloggers. De keuze van bloggers valt in positieve zin op. Naast open source evangelisten zijn vertegenwoordigers van de traditionele softwarewereld (Centric, Microsoft) uitgenodigd. Noem het vreemd, maar ik hoorde opeens de stem van Ineke Schop weerklinken, een bijna verzuchtend: “Zijn jullie nú tevreden?”.
Van een bureau dat de meerwaarde van open standaarden en open source moet uitdragen binnen de overheid mag worden verwacht dat ze een duidelijk voorbeeld neer zet, dat ze laat zien dat met ‘open’ hele mooie, leuke en waardevolle dingen zijn te doen. Daar hoort een goede open site bij. Ik kan het ook niet maken om een Ubuntulezing te verzorgen op een Windows 7-bak. De geboden ruimte voor discussie en meer kritische bijdragen zijn een stap in de juiste richting, al wil ik wel even afwachten hoe kritisch de bloggers (mogen) blijven nu ze op de ‘officiële’ site hun mening gaan verkondigen. Het moeten geen brave apologeten worden.
Belangrijker vind ik hoe het programmabureau zelf verslag gaat doen van haar werkzaamheden, haar bevindingen en de progressie bij de implementatie van het actieplan. Binnen het bureau is/wordt veel kennis en ervaring opgebouwd over wat kan en wat (nog) niet kan, over steun en weerstanden, over realistisch en onhaalbaar. Verhalen over wat (nog) niet kan, over weerstanden en onhaalbaar vallen misschien niet lekker aan de Bezuidenhoutseweg(Ministerie van EZ), maar leveren mijns inziens wel de bouwstenen op voor een werkelijk effectief beleid. Dan ben ik pas echt tevreden.
Jan Stedehouder