Digiplace

Dust Cold

Op Techie Souls verscheen vandaag een prachtig artikel met een overzicht van 50 mooie Gnome themes. Ik heb ze nog lang niet allemaal geprobeerd maar toen ik Dust Cold zag was ik (voor dit moment) weer eens verkocht.

Vmware Server 2

In de loop der tijd heb ik verschillende virtualisatie mogelijkheden uitgeprobeerd. En dat doe ik niet omdat ik alsnog Windows virtueel wil gebruiken. Die tijd heb ik nu wel gehad. Ik gebruik het om andere Linux distributies te bekijken. Maar in de eerste plaats omdat ik een server wil laten draaien en de beste leeromgeving (op dit moment) is voor mij de virtuele omgeving.

Op de een of andere manier kom ik dan altijd weer terug bij de oplossingen van VMware. Niet omdat de alternatieven minder goed functioneren. Het heeft bij mij vooral te maken met gemak. Als je succesvol VMware hebt geïnstalleerd dan kan je meteen gebruik maken van een bridged netwerk omgeving. En ja, ik weet dat het ook kan bij b.v. Virtualbox maar met Vmware werkt het zo goed als automatisch. En dat is wel zo plezierig. Daar komt bij dat de kernel van Ubuntu’s server editie niet goed samenwerkt met Virtualbox. Je moet dan meteen een hoop kunstgrepen uitvoeren om het alsnog aan de praat te krijgen. Kortom…VMware en dan met name hun VMware Server is mijn favoriet.

De vertrouwde VMware Server 1.07 is tegenwoordig opgevolgd door VMware Server 2. En die wijzigingen gaan verder dan alleen een ander smoeltje. In tegenstelling tot de vorige versie is er nu geen aparte applicatie. Nee, nu is alles webbased gemaakt. Oftewel, je beheert je virtuele machines vanuit een webbrowser. Dat kan lokaal als op afstand gebeuren. En dat kan zowel met http als (natuurlijk) met https gebeuren.

Installeren Vmware Server 2

Installeren van VMware Server is eigenlijk niet echt veranderd ten opzichte van wat je gewend was. Je begint met het geschikt maken van je eigen systeem. Natuurlijk heb je al eens een “sudo apt-get install build-essential” gedraaid. Wat dan nog overlblijft is een “sudo apt-get install linux-headers-`uname -r` build-essential xinetd“.

Vervolgens is het nodig om een .tar van VMware Server op te halen. Dat doe je van de Vmware Server website. Je moet een gratis account aanmaken of inloggen met een bestaande login. De rest wijst zich zelf wel. Uiteraard zorg je voor een screenshot als de pagina met licentie nummers wordt vertoond. Die moet je later gebruiken anders gaat het allemaal niet werken. Zelf heb ik gekozen voor de 64 bits versie en dus heb ik VMware-server-2.0.0-122956.x86_64.tar naar binnen getrokken.

Installeren gaat vanuit een terminal met sudo ./vmware-install.pl en je kan alle vragen gewoon met default waardes bevestigen. Als uitzondering (bij mij althans) de vraag over de gewenste locatie van de virtuele machines. Ik heb daar een aparte plek op mijn data partitie voor ingericht. Als alles klaar is heb je het installatie script ook doorlopen, het registratienummer ingevuld en goed gekeken naar de output van de installer. Je hebt ook (bij het accepteren van alle defaults) een “sudo passwd root” gedaan en daar je wachtwoord ingevuld.

Als je lokaal werkt dan is het invoeren van het adres “http://127.0.0.1:8222” voldoende om in te loggen. Log in met root en het daarbij behorende wachtwoord. Als je inlogt met https dan moet je naar poort 8333 verwijzen. Vanuit een andere locatie kan je ook alles beheren, maar dan moet je in je firewall rekening houden met poort 902 (default).

Ervaringen met VMware Server 2:

Iedereen die een beetje ervaring met een vorige versie had opgedaan kan overweg met deze vernieuwde vrijgave. Het ziet er weliswaar allemaal wat anders uit, de basis is wel min of meer gelijk gebleven. Het lijkt er overigens op (maar dat kan ook aan de 64 bits versie liggen) dat het allemaal (veel) sneller werkt. In ieder geval werkt het stabiel, kunnen bestaande virtuele machines gewoon ingelezen worden en zijn de beheermogelijkheden erg plezierig in het gebruik.

De webbrowser is alleen maar een scherm om je virtuele machine te beheren. Je kan dus je browser sluiten en toch blijft je virtuele server dan in de lucht. Het vraagt verrassend weinig resources en je kan met behulp van een ssh verbinding altijd snel en betrouwbaar toegang naar je server krijgen. Dat werkt veel sneller en prettiger dan de console van VMware Server. Het is ook mogelijk om je virtuele server automatisch te laten starten nadat je Ubuntu hebt geboot.

Kortom: deze versie van VMware Server kan Digiplace van harte aanbevelen.

64 bit Ubuntu Intrepid Ibex (8.10)

Begin oktober had ik al een recensie van Ubuntu 8.10 voor Digiplace geschreven. Toen ging het nog om de beta uitvoering van de 64 bits uitvoering. Helaas ondervond ik tijdens het gebruik van die versie de nodige problemen met het gebruik van Flash onder Firefox. Dat was voor mij aanleiding om toch de 32 bits versie weer te installeren. Het leek mij toentertijd niet zo’n issue. Maar gaandeweg de rit begon ik toch te merken dat er wel degelijk een merkbaar verschil bestaat tussen die twee verschillende architecturen.

De 64 bits versie is gewoon iets pittiger in gebruik. Een klein verschil overigens, maar op den duur wel merkbaar. Dat verschil wordt groter als je processor intensieve taken gaat uitvoeren. Ik merkte b.v. dat het indexeren van Google Desktop onder de 64 bits versie veel sneller verliep. Of het inlezen van al mijn foto’s onder F-Spot of Google’s Picassa. Dat zijn welliswaar geen dagelijkse routines, maar alles bij elkaar zijn het wel verschillen waar je voor wilt gaan.

Om die reden was ik dan ook blij om te lezen dat Adobe een pre-release heeft uitgebracht voor een native 64 bits versie van Flash onder Linux. Dat was de directe aanleiding om wederom de 64 bit versie te installeren. Hieronder een verslag van mijn ervaringen.

Installatie:

Er is al genoeg geschreven over de installatie van Ubuntu. Je hebt 7 stappen te doorlopen en binnen de korste keren staat daarna Ubuntu op de harde schijf te pronken. De installer van Ubuntu Intrepid is niet echt veranderd ten opzichte van de vorige versie. Alleen het onderdeel partioneren is grafisch verbeterd. De presentatie is duidelijk en het zal ook voor beginnende gebruikers geen grote problemen opleveren.

De tijden dat je trots kon verhalen over een succesvolle installatie van Linux zijn vandaag de dag voorbij. Het is verbazingwekkend eenvoudig en vooral snel uit te voeren. Additionele cd’s met allerhande drivers voor randapparatuur heb je in de regel niet nodig.

Eenmaal geïnstalleerd zijn er altijd nog wat handelingen te verrichten. Ubuntu wordt standaard niet voorzien van closed source software. Als je die wel wilt gebruiken (en dat willen de meeste van ons) dan zijn een paar extra handelingen gewoon noodzakelijk. Zelf begin ik altijd met het updaten zodat alles is voorzien van de nieuwste versies. Daarna klik ik snel op de “Hardware Drivers” (Systeem-Beheer) om de aanbevolen NVIDIA drivers voor mijn systeem te installeren.

Als dat is gebeurd ga ik naar het menu en kies daar voor de optie “installeren/verwijderen” (onder “Toepassingen”). Ik maak dan alle beschikbare programma’s zichtbaar en geef “restricted” als zoekgegeven in. Het dan zichtbare pakket “Ubuntu restricted extras” wordt dan als eerste geïnstalleerd.

Dat is wel een beetje omslachtig omdat je dan ondermeer de 32 bits versie van Flash gaat installeren. Maar dat is snel opgelost. Open daarna Synaptic en zoek daar naar Flash nonfree en verwijder dat pakket. Download vervolgens die pre-release van de 64 bits Flash versie en pak het uit. Je treft daarin 1 bestand (libflashplayer.so) en dat bestand kopieer je naar /usr/lib/mozilla/plugins (sudo cp libflashplayer.so /usr/lib/mozilla/plugins).

Voor zover ik het nu kan zien werkt die oplossing uitstekend. Er is nog geen enkele crash voor gekomen en de zaak draait stabiel. Je kan alleen niet met je muis over een flash animatie scrollen. Een klein ongemak die ongetwijfeld in latere versies opgelost gaat worden.

Met deze oplossing zie ik volstrekt geen problemen meer om niet onder een 64 bit architectuur te werken. Bijna alle software is voorhanden. Mocht je desondanks een 32 bits pakket willen installeren dan is het soms mogelijk om het te forceren met het volgende commando:

sudo dpkg -i –force-all package_name.deb

Conclusie:

Met de introductie van de 64 bits uitvoering van Adobe Flash zijn er (voor mij) geen redenen meer aan te voeren om niet te gaan werken met een 64 bits versie van Ubuntu. Het ziet er naar uit dat de definitieve overstap naar dit platform nu is gemaakt. Eindelijk!

64 bits flash (pre release)

Door aanhoudende probleempjes bij het gebruik van Flash content onder de 64 bit versie van Ubuntu ben ik weer terug gestapt naar de 32 bits versie van Ubuntu. Dat is op zich jammer want het systeem voelt daardoor net even minder “snappy” aan. Daar staat tegenover dat zaken als Google Gears en Adobe Air weer gebruikt kunnen worden (daar bestaat nog geen 64 bit oplossing voor).

Vandaag las ik echter op Penquin.SWF een artikel die melding maakt van een pre release van een 64 bits Flash Player 10. En op Adobe Labs wordt het ook duidelijk bevestigd.

Furthering Adobe’s commitment to the Linux community and as part of ongoing efforts to ensure the cross-platform compatibility of Flash Player, an alpha version of 64-bit Adobe Flash Player 10 for Linux operating systems was released on 11/17/2008 and is available for download. This offers easier, native installation on 64-bit Linux distributions and removes the need for 32-bit emulation. Learn more by reading the 64-bit Flash Player 10 FAQ.

Met dit nieuws kan ik maar een ding doen! Terug naar het 64 bits platform. En dan maar hopen dat die pre release het goed gaat doen. Mocht er al iemand met ervaringen zijn dan hoor ik dat graag.

Scroll naar boven